Je begint je brief met een opmerking over mijn tekst over twee exposities in het Stedelijk Museum, die van Miriam Kahn en Unraveled over kunst en textiel. Al weer zoiets, waarom die kramp, waarom die kritiek? Afgelopen weekend in Keulen zag ik een expositie die het tegendeel van de tentoonstellingen in het Stedelijk is. Aan de hand daarvan kan ik misschien verduidelijken wat ik bedoel.
Category: Saskia Monshouwer
Twee exposities die goed hadden kunnen zijn, maar teleurstellen. Ben je te kritisch? Mis je het momentum omdat je te oud bent? Begrijp je de urgentie van de problemen niet meer? Herhaling. Herhaling. De dingen zijn aan slijtage onderhevig. Als je de expositie Unravel verlaat, kan je de lange roltrappen naar de tussenverdieping nemen. Het is zo leuk om die trap in die witte tl-verlichtte tunnel omhoog en omlaag te nemen. Een kinderlijk plezier.
Het zijn die eerste oriënterende momenten in de expositie in Eye waar je werkelijk van geniet. Kaartje afgeven, deur door, donker. Je voelt de zachte grond onder de zolen van je schoenen. Aarde. Geen steile randen. Grond. Heel anders dan je in het museum gewend bent. De zaal is verduisterd en je ziet in de verte de lichtblauwe schemer van de filmbeelden van Albert Serra waarvoor je gekomen bent.
Prinsjesdag. Als ik aan Den Haag denk en aan prinsjesdag zie ik mensen en paarden. Ik zie een 19e-eeuwse begrafenisstoet met rouwkoets, en mannen in pakken en vrouwen met hoeden en sluiers. Ze schrijden voort op trage marsmuziek. Ik denk dat Ingrid Thijssen, voorzitter van werkgevers organisatie VNO-NCW op radio 1 bij Sven Kockelmann de stemming goed symbolische goed aanvoelde: Ik draag rood, zegt zij.
Als reactie op de inhoud van je lijnen-brief, je bewondering voor de veelzijdigheid van een potloodstreek en je fascinatie voor de ‘eigen weg’ die hand en potlood kunnen nemen, een beschouwing van twee films van Albert Serra die ik recent bekeek.
Mocht je een conclusie willen trekken, dat gaat-ie wat mij betreft in de richting van: Ik houd van geruststelling en van wat onaf is. De klare lijn maakt me angstig. Dat is zo prachtig verwoord in die roman van Adalbert Stifter, Der Nachsommer. Door Carl Schorske getypeerd als: an uthopian Bildungsroman built of realistic elements. Alles is helder en redelijk, huis en tuin, natuur en cultuur, en juist daarom een beetje griezelig.
Mijn antwoord op je tekst over het boek van Pieter van Os, Liever Dier dan Mens laat ik beginnen bij de eerste zin uit de bijzondere roman Wittgensteins Mistress van David Markson. Een wonderlijk boek, waar je lang over na kunt denken. Het is een experiment, een filosofisch ‘What If’- verhaal, wat in dit geval zeggen wil: Wat als je de laatste mens op aarde bent, en helemaal alleen.
Je eerste verhaal toont meteen de waarde van onze correspondentie. Ik heb Kosmos van Gombrowicz gelezen en de verzamelde werken in de kast staan, maar aan Ferdydurke kwam ik nog niet toe.