Een lijn loopt fluitend op straat, het is mooi weer, niet al te heet, prima wandelweer. De lijn heeft vandaag een vrije dag, de tekenaar wiens creatie het is, heeft vandaag geen inspiratie. Hij heeft gezegd; ‘doe wat je wilt, en onthoudt de dingen die je meemaakt.
Category: correspondentie
Dag Saskia, je schrijft, als reactie op mijn stukkie, hoe je tegen tekeningen aankijkt, dat ze ergens tussen reëel fysiek proces en metafoor functioneren. Dat is mooi gezegd. Je schrijft ook dat je je niet uitvoerig met de tekeningen van Maria Lassnig hebt bezig gehouden, dat je ze mogelijk als ‘te af’ ervaart, maar dat je gefascineerd bent geraakt door haar films. Die ga ik eens uitgebreid bekijken.
Mocht je een conclusie willen trekken, dat gaat-ie wat mij betreft in de richting van: Ik houd van geruststelling en van wat onaf is. De klare lijn maakt me angstig. Dat is zo prachtig verwoord in die roman van Adalbert Stifter, Der Nachsommer. Door Carl Schorske getypeerd als: an uthopian Bildungsroman built of realistic elements. Alles is helder en redelijk, huis en tuin, natuur en cultuur, en juist daarom een beetje griezelig.
Traag stroomt de brede rivier door het landschap. Het landschap van mijn tekening. Hoe die tekening er uit gaat zien? Dat weet ik nog niet precies, wel weet ik dat het hier om een landschap gaat dat net ‘klaar’ is. Het ligt daar in een paradijselijke staat, klaar om voor het eerst betreden te worden.
Mijn antwoord op je tekst over het boek van Pieter van Os, Liever Dier dan Mens laat ik beginnen bij de eerste zin uit de bijzondere roman Wittgensteins Mistress van David Markson. Een wonderlijk boek, waar je lang over na kunt denken. Het is een experiment, een filosofisch ‘What If’- verhaal, wat in dit geval zeggen wil: Wat als je de laatste mens op aarde bent, en helemaal alleen.
De geschiedenis van Midden en Oost-Europa kent voor mij vele grote gaten, tenminste, die conclusie moet ik trekken als ik ‘Liever dier dan mens’, geschreven door Pieter van Os lees. Er is zoveel wat zich in de dikke, ondoordringbare mist van de geschiedenis bevindt, ook al is de geschiedenis van Oost-Europa mij niet geheel onbekend. Meer specifiek uit Polen heb ik kennis genomen van het werk van diverse kunstenaars.
Je eerste verhaal toont meteen de waarde van onze correspondentie. Ik heb Kosmos van Gombrowicz gelezen en de verzamelde werken in de kast staan, maar aan Ferdydurke kwam ik nog niet toe.
Ik lees ‘Ferdydurke’, een roman van Witold Gombrowicz (1904-1969). Gepubliceerd tien jaar voor mijn geboorte, maar het lijkt een eeuwigheid van mij verwijderd. Het boek is moeilijk te doorgronden, althans voor mij.