33.

Stephan Keppel 2020 05
Stephan Keppel – Soft Curve /Circular Act. Amsterdam 2019 – 2020. Formaat prints 78 x 114 cm.

 

 

Donderdag 20 februari 2020

Het zal niet de eerste keer zijn dat iemand een rij huizen met een rij tanden vergelijkt, de stad met een mond waaraan hier en daar wat ontbreekt en wordt opgeknapt. Dat is het vervelende van metaforen dat ze vaak stroef, sleets, en maar zelden – en dan alleen voor korte tijd – doeltreffend zijn. Het is vaak spannender om bij een beschrijving de metafoor te vermijden. Toch raak het beeld niet kwijt van de stad als een mond vol implantaten. Er wordt immers zo vreselijk veel gebouwd. Huisraad en meubels op straat en een allerlaatste kerstboom, en dan bouwen maar.

Op weg naar de sportschool kom ik iedere keer op een donkere de lichtreclames tegen van een tandarts. Hij biedt zijn diensten en kunnen op fel verlichtte foto’s aan: Roze tandvlees, metalen constructies en glanzend witte tanden op een schroef. Je kunt ze zo in je bek draaien. Bonsai-technieken, insnoeren en korthouden, met veel geweld!  Je hoopt maar dat zo’n kaak er sterk genoeg voor is. Iedereen kent dat effect van veel te sterke stikdraad en zwakke stof. De draad waarmee je de scheur repareerde scheurt de stof op andere plekken opnieuw in tweeën.

Maar het is geen stof waar de betonnen kelders in geplaatst worden; waar die de hoge torenflats met twee verdiepingen onderaardse parkeerplaatsen op rusten.  Het is alleen een stukje grond, zand, water, grind, aarde, die je – en daar is Nederland goed in – altijd weer verplaatsen en verzetten kan.  Je kunt er dijken van bouwen (en maakt dan een fonds om de natuur te herstellen!?)  Je verplaatst het gewoon een beetje, verstevigd de grond, maakt een enorme plantenbak voor het graan en zorgt dat je plantengrond gebruikt, waar geen onkruid meer in opschiet. Wat een wonderlijk schuifspel.

Het is lastig om een beeld te krijgen van wat er onder het oppervlak speelt. Daar waar de riolen liggen, glasvezelskabels. Water- en elektriciteitsleidingen woekeren. In Amsterdam ligt op al die plekken nu ook beton: Beton aan de wand van de grachten, beton onder de huizen, betonnen parkeerplaatsen. Dat het steeds lastiger is voor leven ligt voor de hand. Behalve in de grote roestige plantenbakken dan.

Misschien ligt het alleen maar aan de winter. De bomen bladerloos. Het blad, papier en plastic op straat en op de velden opgeruimd. Misschien moet ik een beetje op mijn stemming letten. Laat je schouders niet hangen, zet ze d’r onder. Zet ‘m op. Geef ze van Jetje. Blijft dat de stad op zo’n Amerikaans gebit gaat lijken, glanzend, opgepoetst, odorex fris, steradent  en inlegkruisjes schoon. Voor eeuwig opgelapt. Van binnen nieuw en glanzend schoon met een erfgoed-korstje. En Route 34.

 

EN ROUTE is een experiment waarin herhaling centraal staat. Het is een onderzoek naar de flexibiliteit van taal en de flexibiliteit van de waarneming. Hoe komen schrijven en (voort)bewegen samen als je steeds dezelfde routes neemt? index

 

top of page