Stephan Keppel – Soft Curve /Circular Act. Amsterdam 2019 – 2020. Formaat prints 78 x 114 cm.
Bloemlezing
Een nooit uitgevoerd plan:
Er kwamen mossen en korstmossen in voor. Het plan was zwart-wit, als de bast van berkenbomen. Dat de vijfentwintigjarige Linnaeus tijdens een van zijn eerste grote expedities waarvoor hij naar het leefgebied van de Samen (nomadische rendierherders) gaat vaak over berken schrijft doet me goed.
Een wondermooie lucht:
Het park vol vaal-groene bomen tegen een staalgrijze wolkenlucht. Het duurt niet lang meer of de regen zal vallen. Het lijkt alsof de stenen en de stammen verlicht zijn. Het mos op de bomen lijkt fluoriserend, soms groen, dan oranje.
Een spannend kleurcontrast:
Lichtend rode klaprozen bij de nieuwbouw aan de Jan van Galenstraat. Het rood lijkt roder om de netten rond de gebouwen ook rood zijn. De kleur wordt in enkele posters herhaald. Soms verwar ik deze plek met het sportpark bij Park Schinkeleiland waar een kunstenaar foto’s heeft aangebracht van een Afrikaanse voetbalclub, De mannen zitten gehurkt op de zanderige grond van het voetbalveld.
Een aardige metafoor:
Grote treurwilgen net in het blad, doen me denken aan wentelende vrouwenrokken. De wentelingen van de Soefi’s, derwisjen. Tuimelen, dansen. Jos de Putter maakte ooit een film van dansende mannen.
Prachtig van lelijkheid:
Als je de A10 oversteekt bij Bos en Lommer, daar waar enkele gebouwen over de snelweg heen staan, kan je bij een van die gebouwen naar rechts. Daar bevindt zich een smal onbebouwd veld, tussen de muur van een nieuw gebouw en de snelweg in. Ik ga achter het vuil van de sportschool langs naar beneden en kom in een kleine wildernis vol zilvergrijze distels terecht. Ze staan in de schaduw en bloeien nog niet. De auto’s razen voorbij.
Een viaduct:
Mijn lievelingsviaduct ligt daar waar de Weespertrekvaat de A10 Zuid en de A10 Oost zal kruizen. Je fietst langs een groot stil water dat onder verschillende autowegen doorloopt. Betonnen pilaren. Taluds. Eerst de A10 Zuid, dan de A10 Oost. Fiets je verder langs de snelweg en de dijk, kom je bij Diemen uit. (Watergraafsmeer).
Een stilistisch element:
Het duurt een tijdje voordat ik door heb dat een groot deel van de artitectuur in Amsterdam (nieuw) West vaak wit en blauw geschilderd is. Het geldt voor de leuningen van de bruggen en de driehoekige pilaren waarop ze rusten, of ze nu in het water staan of niet. Het geldt voor veel van de gebouwen, hoewel het blauw dan minder helder is en naar grijs neigt. Blauw en wit, de kleuren van hoop, de kleuren van een Nederland dat inmiddels voorbij is. Wit en blauw als de wolkenlucht. Wit en blauw, het GVB, de KLM. Wit en blauw.
Ooit hebben twee kunstenaars een werk gemaakt voor een tentoonstelling die ik organiseerde. ‘ANNO 2005’ in Utrecht. Het werk bestond uit een balie van de gemeentelijke sociale dienst, formica grijsblauw en wit, plakband, drie ansichtkaarten van vliegtuigen, de wolkenlucht. Ik was zo blij als een kind.
Een vleug nostalgie:
De RAI-reclamezuil. De Nieuwe RAI. De Oude RAI. Het Scapinoballet
Vertrouwenwekkende eenzaamheid:
Het was donker toen ik over een parkeerplaats liep van het Wilhelminagasthuisterrein. Zomer. Alles stil. Voor mij uit liep een egel. Hij kwam grommend achter een rubberen autoband vandaan. En Route 89.