Gisteren eerst even over de Internet Yami-Ichi / Black Market gelopen in De Brakke Grond in Amsterdam. De markt – een internationaal verschijnsel, denk Berlijn, denk Japan – werd georganiseerd in het kader van het festival Hack / Play, een maand lang activiteiten met als onderwerp de spelende mens én een tentoonstelling: Lets Start Playing the Game. De markt was een beetje winderig. Buiten woei alles weg, maar dat maakte het plezier dat ik beleefde er niet minder om.
Langzaam wandelend kijkend en luisterend langs kraampjes die ‘iets’ met internet doen; ‘Iets’ met de donkere kant ervan, de vele gegevens die ons als internetgebruikers ontfutseld worden; ‘Iets’ met de fijne, prettige, vernieuwende kant ervan: een tijdschrift met een prachtige aardedonkere cover waar met dunne zilveren letters sub rosa op staat. Een bijzonder aardige jongen die een vriend in een Noord-Afrikaans land die via Grinder contact met andere mannen zoekt een hart onder de riem steekt door zijn foto met de bood die hij verzond te versleutelen…Ik kijk hem aan en probeer de begrijpen wat die versleuteling is… Een gebreide deken waarvan je het patroon kunt bestellen, een soort internet camouflage pak, en ik laat me fotograferen door een stel dat straks iemand aan mijn zijde monteert. In mijn hand heb ik een sinaasappel in een netje. Gekregen van Ivar van Bekkum van het kunstenaarsduo PolakvanBekkum. Deze twee kunstenaars bedachten een manier om mensen iets van hun privé-informatie, waarvan een deel inmiddels wereldwijd beschikbaar is, terug te geven. Zij printten foto’s van straten die op Google Street View beschikbaar zijn op zo’n fijn flinterdun, kreukelig, sinaasappelverpakkingspapiertje. De ruilverhouding is als volgt: Veraf en openbaar – internet / Dichtbij en privé – fruitschaal.
Internet, de contacten die je er onderhoudt en de ervaringen die je er opdoet, stellen de mens voor een fijn nieuw filosofisch probleem. Weer wordt gevraagd wat is echt en wat niet, je ervaringen op internet, óf je beleving van deze markt waar ik échte mensen ontmoet en spreek. Zo heel direct is het antwoord eenvoudig. De tweede optie, de marktervaring is echt. Maar, en die gedachte wordt ook ingegeven door de markt zelf, er is een ander antwoord mogelijk want mijn ervaringen op internet, mijn contacten, mijn publicaties, de momenten waarop ik surf en naar informatie zoek die anderen hebben geplaatst, zijn ook reëel. Het is een echte ervaring die moeilijk te bemiddelen is. Je kunt over je ervaringen, handelingen en uiteenzettingen met internet spreken – dát is wat de jongen doet die foto’s van anderen op Grinder scrambelt – maar, je kunt die ervaring buiten internet niet delen. Net zomin als je ervaringen uit de werkelijkheid écht op internet kunt delen. Er blijven altijd aspecten die je niet kunt ‘vertalen’. Internet is een wereld an sich, met eigen gradaties van abstract denken, eigen ervaringscategorieën. De DigiTaal heeft een eigen logica.
Na dit amusante bezoek en een korte blik in de tentoonstelling Lets Start Playing the Game, ga ik doen wat ik vorige week al wilde doen: ik breng een bezoek aan de expositie Relational Voodoo van Semâ Bekirovic bij Galerie Stigter van Doesburg. Bekirovic is een bijzondere kunstenaar die zich voor haar werk in eerste instantie laat leiden door de natuur gegeven processen. Dat kunnen chemische, natuurkundige en biologische processen zijn. Vaak zijn het heel vanzelfsprekende processen waarmee we dagelijks geconfronteerd worden, maar die alleen in de wereld van de wetenschappen ook geïsoleerd bestudeerd en beschreven worden.
Het begon met het gedrag van dieren, koeten, die een nest bouwen met materiaal dat zij van Bekirovic kregen, slakken die hun slijmtekeningen maken op een gegeven driedimensionaal grid, bosbeesten in die het donker geobserveerd worden terwijl zij een maaltijd eten die door de kunstenaar op een rood geruit kleed op de bosgrond is neergelegd. En na de biologische processen volgen de chemische, zoals in Museum Jan Cunen in Os waar veel draaide om de manier waarop fotopapier reageert – de serie Combustions die achter in de kleine ruimte van de galerie hangt is hiermee verwant.
Maar, de drie belangrijkste werken op tentoonstelling zijn: Relational Voodoo een ansichtkaart die onder blacklight gekleurde sporen van bevingering en beduimeling toont, het prachtige drieluik The Radience of Sensible Heat en het meer toegankelijke, tragikomische Shoes. Uit deze drie werken blijkt zowel de gevarieerdheid van het werk van Bekirovic, als de hechte samenhang. De kern van alle drie – het ‘materiaal’ waarmee zij werkt, bestaat uit spontane (chemische, sociale) processen, waarin iets wordt over gedragen, zoals warmte, sporen, vingerafdrukken, de vettigheid van de huid.
Zo is The Radience, waarin – volgens tekst – een blinde man verschillende voorwerpen betast die lichaamsdelen representeren, een neus, een hand, een hoofd, gefilmd met een warmtebeeldcamera. Voor Relational Voodoo werkt Bekirovic met licht. Ze refereert aan de breking van licht, het regenboog-effect, vandaar het facet geslepen stuk glas dat er ligt. En in Shoes gaat het over oude schoenen – denk Chaplin, denk Van Gogh, denk Margritte – die bewegen op het tempo van een geheimzinnige chemische reactie. Iets dat op pur schuim lijkt zet uit, krimpt in en suggereert beweging.
Om wat dieper op de betekenis van het werk in te gaan, begin ik bij The Radience. Het is belangrijk om eerst gewoon naar die film te kijken. Bekirovic wordt ‘speels conceptueel’ genoemd, dat suggereert dat wat je ziet minder belangrijk is dan de betekenis van de elementen, maar dat is niet helemaal waar. Het geldt grappig genoeg wel voor de foto’s, voor de Combustions, omdat zij hier lichtgevoelig en brandbaar materieel, eerst laat ontvlammen (In de film Fire Sequence uit 2013 gaat het uitsluitend over vuur dat wordt doorgegeven) en dan alsnog ontwikkelt en afdrukt, waardoor het werk een fijne, conceptuele en paradoxale, werkelijkheid vertegenwoordigt. Maar voor de drie hoofdwerken, geldt het niet. Dat wil zeggen, daar wordt de betekenis ook sterk bepaald door wat je ziet.
The Radience begint bij beeld en kleur. Het palet is merkwaardig en varieert van hel paars en geel naar huidkleurig roze. Je ziet handen. Zij tasten. De vorm van een neus, een gezicht, een lichaam wordt langzaam zichtbaar. De objecten worden immers warmer en naarmate je langer kijkt, wordt je meer en meer bij de handelingen en het proces betrokken. Het resultaat zijn sensuele , gracieuze sequenties die niet alleen over ‘blinde’ tastzin gaan, maar naar alle mogelijke tedere aanrakingen verwijzen. De verbeelding is kordaat.
In de een korte tekst die in de galerie verspreid wordt, verklaart Bekirovic wat ze wil: (…) One can argue that we are closer to being objects, than we think. Theories and positions such as these inspire me as an artist, not in the least because they tie in so well with my way of dealing with the question of authorship in my work.” En inderdaad leidt het denken over de chemische processen en automatische handelingen die allerlei sporen achterlaten tot de conclusie dat mensen ook objecten zijn en als zodanig overgeleverd aan elkaar en hun omgeving. Maar de beelden zeggen ook iets anders, wat door de titel van de tentoonstelling bevestigd wordt. Ze zeggen ook, we raken elkaar aan. En, we hebben elkaar nodig: Relational Voodoo.
Wat het werk van Bekirovic bijzonder maakt is deze combinatie. Dat verstilde rationele, wat naar wetenschap riekt (en er daadwerkelijk gebruik van maakt) in combinatie met iets wild menselijks, persoonlijks – zo je wilt – poëtisch. In de meer conceptuele werken, zoals de Combustion-reeks combineert zij het onherroepelijke en onomkeerbare verbrandingsproces (Het is wat het is) met het het bedrieglijke, broze, op vermeerdering, spiegeling en verdubbeling gebaseerde afdrukken van het materiaal (Het lijkt, het schijnt). In de kleine mini-installatie met de ansichtkaart combineert zij oud en nieuw, veraf (de stad en reis) en dichtbij (de aanraking, de vinger print) zichtbaar gemaakt tegen een blauwe achtergrond met black light. Wat is echt, wat is illusie? Wat verandert? Wat blijft? Het licht is gebroken. Paars en geel, fel oranje, de zichtbare vingerafdrukken vormen de weerschijn van wie we zijn als we iets vasthouden.
Overigens lijkt zich in deze werken ook een nieuw thema aan te kondigen, namelijk verandering en afscheid. De serie lijkt ook over reizen te gaan, over onrust weg zijn, niet kunnen blijven. Er is sprake van een weemoedige glans. Uit twee oude schoenen stijgt spul op als resultaat van een chemische reactie. Zij lijken daardoor vanzelf te bewegen, maar eigenlijk zijn ze leeg. Een spoor van iemand die er niet meer is. En ook hier is de afwerking perfect. Dat wil zeggen: hoewel het om een loop moet gaan zie je nergens ‘naden’ waar begin en eind elkaar raken. De Shoes bewegen gewoon, doorlopend. Het materiaal dat tijdens het chemische proces ontstaat zet uit en slinkt.
Relational Voodoo │Semâ Bekirovic │ 02.05.2015 – 20.06.2015 │Galerie Stichter van Doesburg Amsterdam
Internetmarkt Yama-Ichi / BlackMarket │09.05.2015-10.05.2015 │De Brakke Grond
Lets Start Playing the Game │16.04.2015-16.05.2015 │De Brakke Grond │Merieia C. Saladrigues, Aurélien Froment, John Körmeling, Fyan Gander, HeyHeydeHaas, Uglycute, Thomas Lomée, Studio Julien Caretero