The ten murders of Josephine
Rana Hamadeh, The Ten Murders of Josephine
Witte de With Center for Contemporary Art Rotterdam, 2017. Foto: Kristien Daem.
Ik ga naar Witte de With om de presentatie van Rana Hamadeh te zien. Het zal me niet lukken om op 14 of 15 december naar de opera in Theater Rotterdam te gaan die het resultaat van de presentatie zal zijn, maar ik denk dat ik voldoende heb gezien om een interessant stuk over de achtergrond van haar werk te schrijven. Er zijn verschillende redenen waarom ik haar werk vanaf onze eerste ontmoeting volg: Ik vind haar uitgangspunt en ideeën interessant. Ze thematiseert het Anders zijn op allerlei manieren. Ik vind de uitvoering en vorm van haar werk prikkelend. Ze zet allerlei tekstmateriaal, van literatuur en poëzie tot krantenartikelen en theoretische teksten in presentaties. Dat kunnen lezingen, theaterstukken, films en kleine ad hoc exposities die vaak doen denken aan sociologische exposities waarin tekst, beeld en vitrines de hoofdrol spelen. Dan refereer ik onder meer aan the Alian Encounters Project waarmee zij startte in 2011. Tot slot was ik onder de indruk van de kracht en waanzin van haar werk.
The Sleepwalkers was het eerste wat ik van haar zag en ik had al heel lang niets gezien dat zoveel indruk maakte. Ik begreep de film misschien niet helemaal, het waren opnames van een theaterstuk met hele vreemde, bizarre beelden. Dat het daadwerkelijk ergens over ging was echter onmiddellijk duidelijk. Er was geen direct visueel verband tussen de gefilmde beelden en de historische gebeurtenis die eraan ten grondslag lag – de geschiedenis van twee Egyptische zusters Raya and Sakina die rond de vorige eeuwwisseling meerdere mensen hadden vermoord – maar de bizarre ernst van deze gebeurtenis was duidelijk voelbaar. De twee zusters werden in 1921 als eerste vrouwen onder de nieuwe wetgeving van Egypte geëxecuteerd, terwijl het niet volledig helder was of zij het hadden gedaan. Wel werd hun verhaal een exemplarische gebeurtenis, onlosmakelijk verbonden met de verwarrende veranderingen in die tijd: het had te maken met kolonialisme en identiteit én met de centrifugale krachten van macht en onmacht, menselijkheid en onmenselijkheden. Op de achtergrond van de Arena heeft Ramadeh schermen geplaatst met beelden als van een futuristische stad. Je zou aan Constant kunnen denken, waar Het Grote Glas van Marcel Duchamp – the Bride stiped bare by her Bachelors, Even – doorheen schemert. Een oordeel is amper te vellen.
Uit deze twee voorbeelden mag duidelijk zijn, dat het werk van Hamadeh niet logisch coherent, niet zomaar vermaak is. Het is complex, soms zelfs vanwege de complexiteit én omdat Hamadeh besloten heeft uit te drukken wat je niet uitdrukken kan. Wat betekent het om anders, om vrouw, om zwart, om buitenaards te zijn? Ze probeert dit te beschrijven. Dat is een activistische daad. In The ten murders of Josephine dat zij in Witte de With presenteert, lijkt bovendien de politieke actualiteit een rol te spelen.
The ten murders of Josephine is geen gewone tentoonstelling. Het is een auditieve en visuele enscenering in alle ruimtes op de eerste etage van het Rotterdamse instituut. De ruimtes zijn gedeeltelijk ingericht, er hangt een schommel, er klinkt muziek en er zijn enkele afbeeldingen en objecten te zien. Op een schaaltje ligt wat fruit, een meloen, gele rubberen handschoenen en andere vreemde dingen die in relatie staan met schrijven en muziek. Aan de wand van een achterkamer hangt een grote tekening van iets dat op een kubus lijkt. Op gezette tijden verandert het geluid. Het verplaatst zich door de zalen. Dan licht een rode lamp op zoals je ze ook bij geluidsopnames of operatiezalen ziet. Ik neem plaats in één van de twee rijen theaterstoelen om de muziek op me in te laten werken. Het geluid is overdonderend, lijkt soms op koorzang, soms op schreeuwen.
Rana Hamadeh, The Ten Murders of Josephine
Witte de With Center for Contemporary Art Rotterdam, 2017. Foto: Kristien Daem
Ik loop rond en kijk naar de schematische tekening die ik, deels lijk te begrijpen. Op de kubus worden in verschillende kleuren de drie stadia van de opera aangeduid. Komt Kafka’s muizenzangeres Josephine nog ergens opdagen? Zoals bij The Sleepwalker heeft ook deze voorstelling een verhaal dat als uitgangspunt gold: namelijk Josefine, die Sängerin oder Das Volk der Mäuse van Franz Kafka. Ik heb dat verhaal nooit gelezen, maar ga op internet na waar het over gaat.
In de beschrijving herken ik meerdere elementen die ook The Sleepwalker bepaalden. Er is bijvoorbeeld sprake van een kunstenaar (de muis, Rana, de zangers en acteurs) en een publiek. In het verhaal van Kafka het muizenvolk, in de film The Sleepwalker prominent aanwezig als (meestal lege) tribune, en in Witte de With als een reeks lege theaterstoelen. De lege schommel zou in principe meerdere dingen kunnen zijn, kunstenaar, antagonist en publiek. De vertelling van Hamadeh kent evenals het verhaal van Kafka, verdraaiingen en perverterende momenten, niet de kleine piepende zangeres, maar het publiek vertelt het verhaal, via de hand van de schrijver. En het gaat om meer. Er lijkt ook aan de aanwezigheid van een (groep) veroordeelde en (groep) veroordelenden sprake te zijn. Er hangt een dreigende, zware atmosfeer die ook aan martelen doet denken. Dan wordt het weer licht.
Nadat ik de expositie in Witte de With heb gezien, ga ik naar de presentatie van de Prix de Rome in de Kunsthal. Ook hier is werk van Hamadeh te zien. Ze is één van de vier genomineerden. Ik kijk, heel snel, veel te snel rond in de vier presentaties. Het is ook zo vreselijk druk. De ruimtes zijn klein en vol: Hamadeh heeft een werk met een vleugel gemaakt. De ruimte is schemerdonker en de vleugel maakt dreunend muziek. Ik voel me een genodigde, de vleugel lijkt aan iets uit de negentiende eeuw te refereren. Dát is ongetwijfeld het bijzondere en eigene van deze presentatie, haar experimenten met geluid. In The ten murders of Josephine staat in één van de zalen een orgel in een metalen ombouw, een grote trage muziekrol wordt heel rustig afgespeeld. Het is het hart van het geluid: We kunnen wel muziekstukken maken die steeds veranderen, omdat het geluid zich afspeelt in een specifieke kamer, op een specifiek moment, maar is die verandering werkelijk of is zij schijn? Ik ga naar huis en ben benieuwd hoe de opera zal zijn en wint Hamadeh de Prix de Rome? Wie zich niet laat afleiden door de soms veel te ingewikkelde begeleidende teksten – de tekst van Witte de With is heel gecompliceerd en niet altijd even duidelijk – en kan overgeven aan de vreemde, soms beangstigende beelden en geluiden krijgt in ieder geval iets heel bijzonders te zien, een ervaring die bijblijft, ook na langere tijd dringen de beelden en betekenissen nog door.
Rana Hamadeh, The Ten Murders of Josephine
Witte de With Center for Contemporary Art Rotterdam, 2017. Foto: Sara Hamadeh
08.09-31.12.2017 │Rana Hamadeh │the ten murders of Josephine │Witte de With, Rotterdam
14.12-15.12.2017 │Rana Hamadeh │the ten murders of Josephine │Theater Rotterdam
02.12.2017-25.02.2018 │ Prix de Rome │Rana Hamadeh, Katarina Zdjelar, Melanie Bonajo, Saskia Noor van Imhof │Kunsthal Rotterdam