David Altmejd, zaaloverzicht, Kunsthal KAdE, foto Mike Bink
In kunsthal KAdE in Amersfoort zijn op dit moment twee exposities te zien: Eén met werk van de Canadese beeldhouwer David Altmejd, de ander van de Duitse schilders Friedrich Kunath. De tentoonstellingen worden aangekondigd als twee solo’s en kregen één titel mee: ‘Self-fiction’. Dat laatste is in mijn ogen niet helemaal terecht. Want hoewel het werk van beide kunstenaars die alle twee in 1974 geboren zijn inderdaad als een fantasievolle uiting van het zelf kan worden omschreven, kiezen beide zulke verschillende uitingsvormen dat de overeenkomst vervliegt. Daarom schrijf ik voor ieder van hen een eigen korte kritiek. Dat kan niet anders. Eerst over de wonderlijke en zeer inspirerende barokke beelden van Altmejd, dan over de in mijn ogen diepdroevige schilderijen van Kunath die in Oost-Duitsland geboren is en inmiddels in Los Angeles woont. Een mening die mogelijke beïnvloedt is door het gegeven dat ik de tentoonstelling bezoek op de dag dat duidelijk wordt dat Trump de volgende Amerikaanse president is.
Eerst David Altmejd dus, wiens werk ik voor de eerste keer zie. Op facebook zag ik de beelden voorbij schieten en ik verheugde me – zonder voorkennis – op de bizarre vormgeving en de verrassende, bijna Rabelaisiaanse verhaaltrend en ik wordt niet teleurgesteld. Een beetje verdwaasd van regen en wereldnieuws loop ik door de hoge middenruimte van het museum, een raamloos vertrek dat via gangen en doorgangen verbonden is met de overige ruimtes van het museum. Te bekijken vanaf een entresol, de entree tot de volgende verdieping waar weer nieuwe ruimtes zijn. Daar staan enkele reuzen en hangt in een hoek een beeld van het plafond en staan op een laag podium meerdere koppen op staken. Langzaam loop ik rond. Ik zie de doorzichtige kunststof waar propmakers lichaamsdelen mee maken voor allerlei Hollywood films; ik zie vruchten en kristallen die hoofden en gewrichten verbeelden, zoals een holle amethist.
Misschien is het werk van Altmejd een beetje te verhalend, te spectaculair en door film fantasieën over weerwolven en commerciële exposities van het menselijk lichaam zoals ‘Body Worlds’ waar geprepareerde lijken tentoon worden gesteld. Toch beleef ik er veel plezier aan. Op de eerste plaats omdat de vertelling een aangenaam surreële logica volgt. Als ik de titel ‘Figure with Cantaloupe Shoulders lees’ ben ik overtuigd. Omdat het woord Cantaloupe zo mooi is – ik denk aan Nabokov die beschrijft hoe het woord Lolita op de tong ligt – en ik altijd van de kleur van de vrucht gehouden heb. Maar ook de vele merkwaardige betekenissen van het werk en de materialen die hij gebruikt en het ontbreken van een al te eenvoudige moraal bevalt me. Zijn werk is een verhaal dat zich al kijkend ontrolt.
Evenals de Amethist zijn de Cantaloupe – een kleine lichtgroene meloensoort met een prachtige vol oranje binnenkant en de kokosnoten waarmee Altmejd het hoofd van de figuur versierde hol. En dit gegeven is van wezenlijk belang. Alles wat rond en vrucht is, is hoofd, en hoofd is hol, en uit die vaak schitterende holte komen nieuwe gedachten, vormen, geheimen en zekerheden voort. En zo kan je gefascineerd naar alle werken van Altmejd kijken. Ik moet lachen als ik zie dat de benen van de man met de Cantaloupe-schouders een zowel van plasticine zijn gemaakt, beplakt met harig spul. Die harigheid is aangenaam, als de hermelijnen mantel van een Disney koning of tovenaar. De grote plexiglazen kisten waarin alles met dunne draden aan elkaar verbonden is, en de enorme spiegel sculpturen vullen de mensfiguren aan. Het gaat nooit om één mens, één mensbeeld of één uitspraak, het gaat om het maakproces, een denkproces, een beleving en het leven. Alles kan worden vormgegeven, ook ‘Le Ventre’ (de wind) door dunne draden en plexiglas.
Ook de spiegelglazen reuzen verbazen. Is er een relatie met de op z’n kopse sculptuur aan het plafond? In een uitstekende Youtube film waarin de kunstenaar zijn werk verklaard doet hij een uitspraak over spiegelglas die zijn manier van denken illustreert: Je ziet een spiegel niet, vertelt hij. Je kijkt immers naar de reflectie, van jezelf en de ruimte die erin weerspiegelt wordt. Maar als de spiegel breekt is de materialiteit ervan onmiskenbaar.
Friedrich Kunath, ‘I’m someone else now’, 2014, lichtbak; aluminium, verf, acryl glas, plakfolie, inkjet print op PVC, neonbuizen, electrische kabel, 59x75x19,5cm. Courtesy: BQ, Berlin.
Tot zover de eigentijdse neven van Gargantua en Pantagruel – ook dát was een lang en uitgebreid vervolgverhaal. Dan nu de schilderijen expositie op de verdieping van de entresol. Het contrast is enorm en valt in dit geval niet in het voordeel van Friedrich Kunath uit. Terwijl ook dat geen slechte expositie is. Ze is vooral zo vreselijk anders. In eerste instantie stoor ik me er een beetje aan. Aan de sentimentele verwijzingen naar jaren zeventig kitsch, covers en muziekjes die ik herken, maar waar ik zelf in de jaren zeventig bij mijn plastic oranje Philips platenspeler, zo’n ding waarvan de deksel tevens box was, amper aandacht aan besteedde. Maar ik wil toch een lans voor de expositie breken.
Als ik lees dat Kunath les kreeg van Walter Dahn, begrijp ik het werk misschien net wat beter. Dahn en Dokupil waren meesters van Camp en Kitsch. En hoewel de referentie aan Caspar David Friedrich en de Romantiek wat eenvoudig en doorzichtig is, raakt het me wel. Hoe diep treurig en droef is die wereld waarin van echte landschappen en leven eigenlijk geen sprake meer is. Een wereld die uitsluitend uit dingen lijkt te bestaan. Uit tijdschrift plaatjes, oude zeefdrukken en etsen. Een wereld die eigenlijk niets anders dan een verkoopcatalogus wereld is.
Klopt het dat ik in het werk van Kunath iets van de treurnis van het werk van Mike Kelly bespeur? Van die bijna cynische behoefte om als mens in die wereld van dingen en gedachten overeind te blijven. De referentie aan die wanhoop en behoefte aan individualiteit ontbreekt bij Kunath, de materialiteit van zijn beelden, films, en sculpturen neemt het over. De eenzaamheid is er niet minder om. Is dit de weemoed en materialiteit die mensen noopt om op Trump te stemmen, vraag ik me af? Dat mensen zich niet meer soeverein, maar klein voelen in het licht van de dingen waarmee ze zich omringen. Dat ze verdwijnen in het economische spel van het dagelijks leven, van werk, vakantie en warenhuis. Hoe dan ook, je kunt op de expositie in een warme leunstoel plaats nemen om het allemaal te bekijken. Ik had in ieder geval geen spijt van mijn bezoek.
Self-Fiction. Dubbelsolo Davin Altmejd & Friedrich Kunath │24.9.2016 t/m 1.1.2017 │Kunsthal KAdE