Stephan Keppel – Soft Curve /Circular Act. Amsterdam 2019 – 2020. Formaat prints 78 × 114 cm.
Maandag 10 februari 2020
Bouwactiviteiten
Stijgers in het korte stukje van de straat dat de twee huizen verbindt. Daar waar ook een kinderspeelplaats is (speelstraat) Langs een façade van drie huizen breed en vier verdiepingen hoog. Ze zijn rond een kaal Seringenboompje gebouwd. Drie grote takken steken uit de constructie. De drie bovenste etages zijn bekleedt transparant wit doek. Links en rechts aan de zijkanten van de stijgers is een metalen grit aangebracht, waarschijnlijk om te voorkomen dat er ’s nachts mensen via de zijkanten de stijgers opklimmen.
Verbouwing in de eerste zijstraat links. Wagens van timmerlui, betonwagens, wagens van degene die de funderingen doen. Ik zie weinig van de activiteiten zelf. Zie vooral de auto’s en er is een bruine dixie blijven staan.
Verbouwingen in de eerste zijstraat rechts, een stukje straat waar ik wel doorheen fiets om de afrastering van de speelstraat te vermijden. Twee verbouwingen tegenover elkaar. Aan de ene kant een heel huis. Gebarricadeerde parkeerplaatsen waarop een dixie, een bak voor afval, en een zeecontainer voor de spullen. Vandaag, het is zaterdag, wordt er gepompt. Een dikke rubberen slang die soms beweegt loopt van het huis, langs vijf andere huizen naar een wagen met open laadbak die op de stoep staat. De laadbak van die wagen is vol: oliedrums, kisten, hout en stukken metaal. Bij de auto met laadbak staan twee mannen met vuile werkkleding aan. Ook in het huis waarvan alle ramen verlicht zijn, zijn mannen aan het werk. Bij de spullen op de parkeerplaats staat nog wat materiaal dat indiceert waar zij op dit moment mee bezig zijn: een rij van zes of zeven kant en klare raamkozijnen. Naast het lichte metalen hek waarmee de parkeerplaatsen zijn afgezet, liggen een stuk of acht splinternieuwe dranghekken. Vlak bij de dranghekken staat een zwarte autobus met draaiende motor.
De verbouwing ertegenover is even ingrijpend. Er staat een dixie en twee containers. Drie parkeerplaatsen zijn afgezet. Soms zie je de mannen in en uitlopen met oude planken en stenen. Dan zie je ook de diepe kuil op de plek waar zich vloer en fundament zouden moeten bevinden. Via de open achterwand zie je de tuin die zeker twee etages dieper ligt dan de straat. De grond is er pikzwart en je ziet water op de bodem. Op dit moment is het rustig. De ramen zijn dichtgetimmerd. Ook de deur is dicht en de trap ernaar toe. Dat zie ik wel vaker en vind ik een erg mooi gezicht. Een kunststukje, een kleine compositie als een Kandinsky of een Klee. Zware elementen en lichte; Grote stukken puin, bakstenen muur met cement en stucwerk; lichte hekken er scheef tegenaan; De schuine lijnen van trap en metaal versterken de visuele impact.
Er staat wel een verlengde witte bus op de stoep met foto van een groot huis met een rieten dak. Even verderop de hoek om, staat een andere autobus, donkerrood met lichtblauwe opdruk. Ook een aannemer.
Schilderwerk in de verbindende straat. Stijgers langs de façade: Twee huizen breed, vier verdiepingen hoog voorzien van een blauw gazen doek. Volgens het uithang bord heet de schilder Jan Bont; een figuur in een smoking met een kwast in zijn handen.
Een huis op de hoek van de verbindende straat en een andere dwarsstraat. De gevel met planken dichtgespijkerd. Er staat een grote vaal rode container. Een zwarte elektriciteitskabel loopt daar vanaf het huis naartoe. De kabel is met fel oranje plastic gemarkeerd. Tegen de container leunt een crossmotor, rood en wit. Het ding is met een ketting aan de container vastgemaakt. Er liggen stijgers op het dak en er staan twee rode met witte oliedrums voor de kant met de opening. Daar staat met witte letter TOTAL op. Tussen de twee drums staat een vijf liter emmer witte verf.
Het huis om de hoek, waar een glashandel was. Een gevel met drie deuren. Twee waarvan de zijkant en de bovenkant voorzien zijn met een blauw mozaïek in verschillende tinten. Het huis van de middelste deur is bewoond. Links is het raam half dichtgetimmerd. Het hout beplakt met posters; een tekening van een eenhoorn, een foto van een lief meisje in een mollige grijze maillot met een lichtblauw wollen truitje aan. Bij het tweede huis kan je door het raam kijken. Geen vloer nog, wel een houten verhoging, waarop een bouwlamp staat en spullen. De lamp is ook overdag aan. De achtermuur helemaal weg. Je kijkt over het houten plateau de tuin in, waar je de schutting ziet, de stam van een niet al te hoge populier en een smalle, vers groene populier.
Ik zie hoe een bewoner met de mannen spreekt om een heel klein beetje stoep bij deze grote verbouwing die ongetwijfeld lang zal duren te bewaren. Er staan drie bussen geparkeerd van dezelfde firma, twee schuin op een parkeerplaats tussen weg en stoep, een op de stoep. Het logo komt overeen en de kleur. Een vuile verlengde witte bus staat een stukje verderop. De achterkant van het huis is open en komt onmiddellijk op de tuin uit. Soms krijg je in het voorbij gaan een doorzicht.
De verbindingstraat maar dan in de richting van de avondwinkel. Op straat op een parkeerplaats de zeecontainer en de afvalcontainer, geel met twee schuine kleppen. Er hangt een draad van het huis aan de overkant, gaten in de sponning van de deur, over de weg naar de container. Niet het hele huis wordt verbouwd. De meeste verdiepingen bewoond. En Route 28.